Bitmapafbeeldingen en vectoren:
Een bitmapafbeelding bestaat uit allemaal kleine puntjes, die pixels worden genoemd. Elke pixel heeft een eigen kleur, en samen vormen al die pixels het beeld dat je ziet. Hoe meer pixels er in een afbeelding zitten, hoe scherper die eruitziet. Als je echter inzoomt op een bitmapafbeelding, worden de losse pixels zichtbaar en wordt de afbeelding wazig of blokkerig. Bovendien nemen bitmapafbeeldingen vaak veel opslagruimte in, zeker als ze een hoge resolutie hebben. Voorbeelden van bitmapbestanden zijn: .jpg, .png, .bmp en .gif. Bitmapafbeeldingen zijn vooral geschikt voor foto's, omdat foto's bestaan uit heel veel verschillende kleurtinten.
Een vectorafbeelding werkt op een heel andere manier. In plaats van pixels worden bij een vectorafbeelding de vormen opgeslagen waaruit de afbeelding bestaat, zoals lijnen, cirkels en vlakken. Van elke vorm worden eigenschappen bewaard, bijvoorbeeld de kleur, grootte, positie en vorm. Daardoor kun je een vectorafbeelding oneindig vergroten of verkleinen zonder dat de kwaliteit achteruitgaat. De afbeelding blijft altijd scherp, hoe groot je die ook maakt. Ook kun je een vectorafbeelding gemakkelijk aanpassen, omdat je de vormen eenvoudig kunt wijzigen. Een nadeel is dat een vectorafbeelding niet geschikt is voor foto's, want foto's bestaan niet uit duidelijke vormen, maar uit miljoenen verschillende kleuren. Vectorafbeeldingen worden vooral gebruikt voor logo's, pictogrammen, tekeningen en teksten. Voorbeelden van vectorbestanden zijn: .svg, .eps, .ai en soms .pdf.
Geluidsfragmenten:
Geluid bestaat uit trillingen in de lucht. Een microfoon vangt die trillingen op en zet ze om in een elektrisch signaal. De computer maakt van dat signaal digitale gegevens dit proces heet samplen. Bij samplen wordt op vaste momenten gemeten hoe sterk het geluid is. Elke meting heet een sample. Die waarden worden in binaire code (nullen en enen) opgeslagen. Bij het afspelen zet de computer die waarden weer om in geluid via de speakers. Hoe meer samples per seconde, hoe beter de geluidskwaliteit. Het aantal samples per seconde heet de sample rate. Bijvoorbeeld: 44.100 Hz (44,1 kHz) betekent dat er 44.100 metingen per seconde worden gedaan. Meer samples = beter en natuurgetrouwer geluid. Minder samples = slechtere kwaliteit, het klinkt dan 'blikkerig' of onnatuurlijk. Daarnaast bepaalt het aantal bits per sample hoe nauwkeurig de sterkte van het geluid wordt opgeslagen. Bijvoorbeeld 8 bits of 16 bits per sample: meer bits betekent meer geluidsniveaus en dus betere kwaliteit.
| Tijd | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | 8 | 9 | 10 |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Waarde | 3 | 6 | 9 | 2 | 5 | 4 | 2 | 6 | 4 | 5 |
| Binair | 0011 | 0110 | 1001 | 0010 | 0101 | 0100 | 0010 | 0110 | 0100 | 0101 |